Vroeger bracht de bakker het brood bij de mensen thuis. Met een volgeladen kar trok hij door de stad van huis naar huis. Een zware klus die soms ook door de kinderen van de bakker gedaan moest worden. De kar moest geduwd over zandpaden en klinkerweggetjes en door weer en wind. De bakkerskinderen wilden liever buiten spelen, maar moesten hun vader helpen met dit soort vervelende klusjes.