GROW 1.0 - Stof van fruitschillen, paddenstoelen-‘leer’ en meer

Wat zijn dat precies, biomaterialen? Hoe duurzaam zijn ze en wat maakt ze anders dan traditionele vezels zoals katoen en hennep? En betekent bio altijd beter en duurzaam? Voor de gemiddelde consument kan het een uitdaging zijn om de vele verschillende soorten duurzame materialen te bevatten. Voor de jaarlijkse tentoonstelling, die voor het eerst in-house ontwikkeld is, duikt het Fashion for Good Museum in alles wat met biomaterialen te maken heeft.

Wat zijn biomaterialen?

Biomateriaal is een heel algemeen gebruikt woord dat materialen beschrijft die biologisch zijn. Als je aan biomaterialen denkt, zijn waarschijnlijk de eerste dingen die in je opkomen: katoen, hennep en linnen. Omdat het woord niet echt specifiek is, kan het gemakkelijk verwarrend zijn. De wereld van biomaterialen is namelijk veel groter en evolueert voortdurend. Denk bijvoorbeeld aan zijde, fruit-’leer’ (gemaakt van afval), mycelium (van de worteldraden van paddestoelen) of algen, spinnenzijde, cellulose (afkomstig van planten) en bioplastics, die ook allemaal deel uitmaken van de wereld van biomaterialen.

Passie voor mode vanaf de grond

Sinds mode bestaat brengt ze een ode aan de vindingrijkheid van de natuur: van organische vormen, patronen, materialen en vezels tot een veelzijdigheid aan kleuren en texturen gebaseerd op de natuur. Door de opkomst van fast fashion zijn natuurlijke bronnen overal ter wereld uitgebuit. Daardoor is de relatie tussen mode en natuur onder druk komen te staan. De GROW 1.0 expo laat zien hoe baanbrekende innovaties in plaats daarvan inspiratie kunnen halen uit de natuur en hoe wetenschappers de cyclus van creatie en recreatie gebruiken om de duurzame materialen van de toekomst te ontwikkelen.